Monique Evers (56) woont tegenover Malderburch, maar dat was lange tijd meer een gegeven. Tot ze vrijwilligerswerk ging doen in ‘de Serre’ op Malderburch, waar mensen komen voor dagbesteding. “Ik voel me hier zó thuis en gewaardeerd. Als ik nu de hond uitlaat, ben ik continu mensen aan het groeten.”
Ik voel me hier zó thuis en gewaardeerd.
“Een paar jaar geleden ben ik afgekeurd voor werk. In gesprek met mijn re-integratie-arts kwamen we op vrijwilligerswerk en hij stelde Malderburch voor. Daar moest ik even over nadenken. Want ik was helemaal niet bekend met ouderen en dementie. Ik heb altijd in het café van mijn ouders gewerkt.”
“Uiteindelijk ben ik een keer gaan meelopen en dat voelde gelijk goed. Ik kan het niet precies onder woorden brengen, maar ik voelde me op mijn gemak, prettig en ik had meteen een klik met vaste medewerkers Brigitte en Wietske. Ik kan ze alles vragen. Nog steeds. Donderdag is mijn vaste Malderburch-ochtend. Ik start meestal met koffie zetten, planten water geven en de deelnemers - een beetje een gek woord, want ze betekenen veel voor mij - verwelkomen. Daarna drinken we samen koffie, maken verse soep, doen een spelletje of wandelen in de tuin en eten de zelfgemaakte soep op.”
“Als mijn dienst erop zit, neem ik altijd persoonlijk afscheid van iedereen. Ik neem dan de handen van elke deelnemer in mijn handen, kijk ze in de ogen en zeg: ‘Tot volgende week!’ Dat weten ze inmiddels van me en ik krijg daar zúlke lieve reacties op. Een dame fluisterde laatst in mijn oor: ‘Ik hou van je’. Daar word ik stil van. En ik ken het ook niet zo goed: dat mensen zich zo puur uitspreken en je waarderen. Ik heb er een tweede huis bijgekregen. Zo voel ik dat echt. Als ik met mijn hond ga wandelen, kom ik ook altijd wel bekenden van hier tegen en ben continu mensen aan het groeten.”
“Regelmatig denk ik: wat gaat er in al die hoofden om? Veel deelnemers en bewoners hebben een vorm van dementie. En dat is zo’n complexe ziekte. Voor vrijwilligers worden hier regelmatig informatieavonden over georganiseerd. Ik ben ook al een keer geweest. Het helpt me om de ziekte beter te begrijpen, maar het beangstigt me ook. Dat ik het zelf krijg. Ik zou niet weten hoe ik zou reageren. Wat ik wel weet, is dat ik het fijn zou vinden dat er iemand naast me komt zitten, me geruststelt als ik het moeilijk heb en soms een grapje maakt. Dat doe ik nu. En dat is heel dankbaar werk.”
Lees alle verhalen